Brepologische Bevindingen

Deze uitgave maakt onderdeel uit van het eindexamenproject van Maaike de Jong. Het boek gaat over een onderzoek naar de schoonheid en de geschiedenis van de Brepols drukkerij te Turnhout in België. De drukkerij staat al ruim dertig jaar leeg, maar de sporen van haar geschiedenis zijn nog niet uitgewist.
Het beeld van een bezoek aan de drukkerij is mooi en evenwichtig vormgegeven. Oude gevonden loodzetsels dienen als illustraties in de boekvormgeving. Eigen gemaakte foto’s worden afgewisseld met beelden uit het archief. De terughoudende bijna onzichtbare typografie van de lopende tekst is zeer gepast en staat in mooi contrast met de illustratief verzorgde typografische ‘quotes’ die gaan over de geschiedenis van de drukkerij. Het geheel geeft heel goed de beleving weer van de drukkerij toen en nu.
Het ritmisch illustratief gezette loodzetsel op het warm aanvoelende omslag getuigt van de liefde voor de drukkerij. Hiermee is eigenlijk alles gezegd: een ode aan de oude drukkers van Brepols.

Wat bleef van de ontroering

In de literaire nalatenschap van C.O. Jellema bevindt zich een typoscript met twaalf brieven van Jellema en zijn toenmalige partner Hans Stolp. Deze werden in de zomer van 1976 vanuit Griekenland verstuurd aan het bevriende echtpaar Marjo en Theo van Woerkom. In deze uitgave van de Avalon Pers werden alleen de zeven door C.O. Jellema geschreven brieven opgenomen, voorzien van een persoonlijk nawoord van Theo van Woerkom.
De titel Wat bleef van de ontroering geeft het beschouwelijke en vaak melancholieke van de brieven treffend aan. Net zo treffend is het frontispice, een houtgravure van Peter Lazarov. Het trompe-l’oeil met foto’s, briefjes en veren, achteloos in een frame gestoken appelleert aan de herinnering van een vriendschap. Binderij Phoenix bond tien exemplaren voorbeeldig in halfperkament. De tekst, gezet uit de Bembo, is jammer genoeg nogal schraal gedrukt. Dit doet wel wat afbreuk aan dit verder fraaie boek.

M’riek 2003–2007

In een oplage van drie (!) stuks bundelde Marieke Brommersma haar verzameld grafisch werk: projecten uit haar studietijd aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten te Den Haag en uit haar eerste jaren als freelance grafisch ontwerper. Haar verbeelding is niet enkel picturaal, maar evenzeer ‘typo-grafisch’. Herhaaldelijk duiken letters op als vormen (‘Downtown’: hoogbouw met letters) of als verbeelding van een onderwerp (de magistrale poster voor het North Sea Jazz Festival 2004). Keurig gedrukt met een laserprinter en op kleur gerangschikt, is dit een inspirerend rustpunt op weg naar een letter-rijke toekomst.

Vier prozajuweeltjes

Prachtige uitgave van vier korte Kafka-teksten in de vertaling van Nini Brunt. Hester Verkruissen gaf het geheel subtiel vorm: gezet uit de Bembo (modern klassiek!) en gedrukt op Zerkall Bütten, met een superieure titelpagina, waarvan de tinten als vlechtlijnen doorlopen tot in het colofon. Niet te verbeteren, nagenoeg volmaakt.

Mary is a cow

‘Mary is a cow, Jenny is a cow, Betty is a cow, Lulu is a cow.
And I am Tom the cowherd, I look after the cows.’
De eenvoud van de tekst komt helemaal tot zijn recht in deze zowel eenvoudig als prachtig vormgegeven vier-kleuren plano. Vorm en druk sluiten fraai op elkaar aan: op de rug van de koeien vormen de drukstrepen de vlekken van de koe. Hoewel het centreren van de tekst en illustraties uitgangspunt is, zijn de eerste vier regels verticaal dwars boven de illustratie gezet, hetgeen bij het lezen van de tekst voor de gewenste dynamiek zorgt. De oranje koe springt eruit, maar als je iets langer kijkt valt ook de heldere groene koe je op. Tom ‘the cowherd’, daar gaat dit liedje van Ivor Cutler over. Een mooi detail is dat de hoed van Tom gevormd wordt door de rug van zijn koeien. Maar ja, het zijn ook zijn beesten waar hij voor moet zorgen en uiteindelijk gaat hij daar ook op lijken.

Bedrukt papier 2

Dit tweede deel uit een reeks Bedrukt papier maakt nieuwsgierig naar de andere delen. De jury was unaniem in haar oordeel: uitzonderlijk. Voor deze productie werd bijna alleen gebruik gemaakt van koperen lijnen, van haarlijnen tot volvette lijnen gedrukt in heel veel verschillende kleuren. Buitengewoon knap om met deze middelen tot zoveel variatie te komen Elke pagina is verrassend origineel en spannend. Het zijn 41 grafiek bladen op Japanse wijze gebonden, die allemaal zo mooi zijn dat ze per stuk ingelijst zouden kunnen worden. Het oblong formaat komt bij deze uitgave goed tot zijn recht.

Tweesprong

Twee lange gedichten van Arie van den Berg, gezet uit de Bembo en gedrukt op Cannabis-papier: ‘Ballade’ voor de bruiloft van vrienden, en ‘Taal’ ter gelegenheid van een presentatie van de taalfilosofe en beeldend kunstenaar Tine Wilde. De tekst is streng tegen de binnenmarge gehouden, terwijl de fraaie, zacht ingekleurde illustraties van Dick Berendes-typografiek de vrije ruimte van een hele pagina krijgen. Een voorbeeldige uitgave.

Gevallen engel

Zwart, magenta en rood zijn de kleuren van deze eerste uitgave van een jammer genoeg nooit uitgevoerde monoloog van Gerrit Komrij. Zwart voor de tekst, magenta voor de grote en rood voor de kleine tekeningen van Bruno Vekemans. De steunkleuren worden nog eens extra aangezet in de felrode vloeiblaadjes die de illustraties niet verdoezelen, maar juist versterken. Die tekeningen zijn een waardige aanvulling op de tekst, herhalen zich ook ín de tekst in verkleinde vorm, als een initiaal (waaraan ook de rode kleur herinnert). De klassieke vormgeving wordt hiermee eerder aangescherpt dan gerelativeerd. Bladspiegel, letterkeuze en zetwerk, het is alles zeer goed overdacht. Storend zijn wel de band en het foedraal. De band is niet mooi strak, maar waaiert onnodig uit. De keuze van eenvoudig karton voor het foedraal is eigenlijk onbegrijpelijk en doet geen recht aan de verder verzorgde productie. De erop afgedrukte engel is hier niet op zijn / haar plaats.

Blozen

Maarten Biesheuvel schreef deze tekst ter gelegenheid van het koperen huwelijk van een van de hoofdpersonen uit dit korte verhaal. Ter gelegenheid van de in gebruik name van een Glockner Mercedes cilinderpers uit 1956 bij M&vO! werden er 400 exemplaren van gedrukt. Het zetwerk van Jan Keijser is mooi op de pagina gezet en zeer gelijkmatig gedrukt. De illustraties van Silvia Zwaaneveldt sluiten goed op de tekst aan en vormen een mooi geheel met het verhaal. Het gebruik van rode inkt voor de titel en auteursnaam geven aan dit uitgaafje een feestelijke uitstraling.

Ik heb hier meneer Elsschot in de winkel

Perfect in zijn eenvoud is Ik heb hier meneer Elsschot in de winkel van Dick Wessels, een gezamelijke uitgave van Demian en Het Gonst. Zestien pagina’s telt het binnenwerk van deze uitgave, beeldschoon gedrukt in de Gill. Deze worden bijeengehouden door een cahiersteek met een felrood omslag en daaromheen zit nog een transparant geel omslagje. Het boekje is uit het midden gevouwen, waardoor het achterste gedeelte een centimeter groter is dan het voorste. Het geheel wordt bijeengehouden door een buikbandje met op de voorkant een typografisch handje en op de achterkant een uitspraak van Elsschot over de Snoecks: ‘dat ding wordt tegenwoordig schoon uitgegeven’. Prachtig vond de jury de dubbele titelpagina met het gekantelde ‘ik’ en de knalrode komma.

Mooi Marginaal