Typografisch handboek

Maar liefst 34 tweedejaars studenten werkten aan de opdracht Typografisch handboek van de Hogeschool voor de Kunsten Arnhem. Hun docent Hans Gremmen baseerde zijn lesmateriaal op Typonotities, de colleges van Jaap van Triest op de Sint Joost in Breda. De studenten dienden drie onderwerpen te behandelen: een typografisch detail, een lettertype en een letterontwerp. Met zoveel verschillende inzendingen is het logisch dat de kwaliteit nogal wisselt, maar er zitten een paar juweeltjes bij. Door het gehanteerde typografisch stramien is Gremmen erin geslaagd toch een eenheid in de verscheidenheid te creëren.
De uitvoering in laserprint en fotocopie bewijst dat je niet alleen in boekdruk ‘mooi marginaal’ kunt werken. Het woord ‘handboek’ wordt wel erg letterlijk genomen, door een handafdruk van alle 34 studenten op hun eigen unieke omslag te zetten.

Tabula Smaragdina oftewel De Smaragden Tafel

In een lichtgroen doosje zitten 4 kleine boekjes van 7,7 bij 10,5 centimeter.
Deel 1 bevat de vertaling van een Latijnse tekst en is geïllustreerd met kleine linosnedes van de drukster. Deel 2 en 3 bevatten de uitgebreide motivatie en deel 4 bestaat uit commentaar. De boekjes zijn gezet uit een 8 punts letter, zeer smaakvol bij dit paginaformaat. Op de omslagen van deel 2, 3 en 4 staat een afbeelding opgebouwd uit koperen lijnen en blikvangers, simpel en goed passend bij de tekst. Het is een mooi voorbeeld van gecombineerde oude en nieuwe techniek.

They, ALL of them, know

Het All is in tegenstelling tot de rest van de tekst niet gezet in de strakke Helvetica, maar grillig in linoleum gesneden. Dit contrast maakt het woord bijna hoorbaar.
De pagina’s van het fragment overlappen elkaar, waarbij alle regels leesbaar zijn, maar de illustratie pas bij het omslaan zichtbaar wordt. Hierdoor wordt de spanning, die al in de titel aanwezig is, verhoogd. Wie zijn Zij en wat weten ze? Zij zijn uiteenlopende zaken als ‘de zon die op een slapende hond schijnt’, ‘de judoleraar’ of ‘de drie biggetjes’. De linosneden waarmee Zij worden weergegeven passen uitstekend bij de tekst en zijn elke keer weer verrassend. De pagina ‘Ask the deep blue paint’ fungeert als kortstondig rustpunt. In feite is het de stilte voor de storm van de laatste, geheel in lino gesneden tekst en illustratie, het zeer beeldende ‘And they all tell you: a snarling wife on a balustrade is more than a man can bear.’

Kleine avond

‘In dezen kleinen avond is / alles gauw gezegd met te luide stem. / Het is geen licht voor een roep uit de wildernis / of voor het timbre van Jeruzalem.’ Zo luidt het titelgedicht van deze bundel van twaalf gedichten uit het nagelaten werk van Pierre Kemp, gekozen door Wiel Kusters die ook een nawoord bij de bundel schreef. Zoals de meeste boeken van de Atalanta pers is Kleine avond een verfijnd samenspel van kleuren, typografie en tekst. De tekst is prachtig scherp gedrukt en krijgt de ruimte die hij nodig heeft. De kleur van het omslag, de schutbladen, banen en lijnen in de tekst, het tussenblad dat de teksten van het nawoord onderscheidt, het zetwerk, het is allemaal even stijlvol en perfect uitgevoerd. De subtiliteit van de vormgeving past naadloos bij de subtiliteit en de eenvoud van de gedichten.

Leopold

Persoonlijke bloemlezing uit de poëzie van J.H. Leopold. Marian Willink gaf het geheel een eigen ‘modernistische’ vorm: gezet uit de Grotesque condensed 33 en gedrukt op gespikkeld officio-ivoor (binnenwerk én omslag). Het omslag, met houten letters gedrukt, de schitterende illustraties (bij ‘Cheops’ bijvoorbeeld, of het lezende personage in blauw-en-wit met de subtiel terugkerende rode lijnen van het omslag), het leeslint en de geserreerd gezette tekstblokken maken van Leopold één der mooiste poëziebundels van de laatste decennia. In de woorden van de dichter is dit: ‘… een velijnen blad, / een boek, een open letterschat, / een gulden labyrinth, waarin / de vogels komen lezen, dat / de wind beschrijft, / de wolk, die overdrijft, / zet er de stippen en de tittelteekens in.’

Sombere honden

‘SH’ staat in somber grijs onder de titel in twee grote hoge letters op het omslag. Het omslag voelt aan als een zachte hondenvacht zonder dat het truttig is. Dit geef heel mooi de compleetheid aan van dit boekje.
De inhoud bestaat uit een zestal etsen van zes verschillende honden. Alle zes op een eigen manier geïllustreerd en allemaal even somber. De pagina’s zijn in vier katernen van vier pagina’s gebonden in een bijzondere harmonica-rug. Het omslag heeft een blanco extra naar binnen gevouwen vel papier waardoor het geheel stevig aanvoelt. Het boek overtuigt. Eenvoudig, maar goed gedaan. Complimenten!

Voorjaarslunch te Voorhout

Deze uitgave is de speelse rapportage van een langdurige lunch in april 2006. Kennelijk was dit een memorabele bijeenkomst, want het plezier waarmee de verslaglegging is gemaakt, komt je op elke bladzijde tegemoet. Drie van de disgenoten verzorgden deze uitgave. De tekst is van Jos van Hest en Machtelt van Thiel, die ook met Frans van Lieshout het bindwerk verzorgde. Van Lieshout was verder verantwoordelijk voor het ontwerp, de uitvoering en de prachtige typografische illustraties. Deze illustraties geven zich niet direct prijs, maar blijken uiteindelijk gewoon leesbaar te zijn. Op uiteenlopende papiersoorten en in verschillende leden van de Avenir letterfamilie worden in de drie delen Dorst, Kwestie en Nadorst flarden van een gesprek weergegeven. Het geheel is een ‘doordraaiboek’: de delen twee en drie zijn pas toegankelijk als je het boek omdraait. Met koperen schroeven worden de bladen bij elkaar gehouden. Ook dit draagt bij aan het speelse karakter, maar maakt het bladeren minder eenvoudig. Het kleur- en textuurrijke geheel dat duidelijk met liefde is gemaakt, heeft jammer genoeg maar een oplage van tien, waarvan hoogstwaarschijnlijk negen voor de disgenoten. Is er al een bestemming voor nummer 10?

Brepologische Bevindingen

Deze uitgave maakt onderdeel uit van het eindexamenproject van Maaike de Jong. Het boek gaat over een onderzoek naar de schoonheid en de geschiedenis van de Brepols drukkerij te Turnhout in België. De drukkerij staat al ruim dertig jaar leeg, maar de sporen van haar geschiedenis zijn nog niet uitgewist.
Het beeld van een bezoek aan de drukkerij is mooi en evenwichtig vormgegeven. Oude gevonden loodzetsels dienen als illustraties in de boekvormgeving. Eigen gemaakte foto’s worden afgewisseld met beelden uit het archief. De terughoudende bijna onzichtbare typografie van de lopende tekst is zeer gepast en staat in mooi contrast met de illustratief verzorgde typografische ‘quotes’ die gaan over de geschiedenis van de drukkerij. Het geheel geeft heel goed de beleving weer van de drukkerij toen en nu.
Het ritmisch illustratief gezette loodzetsel op het warm aanvoelende omslag getuigt van de liefde voor de drukkerij. Hiermee is eigenlijk alles gezegd: een ode aan de oude drukkers van Brepols.

Wat bleef van de ontroering

In de literaire nalatenschap van C.O. Jellema bevindt zich een typoscript met twaalf brieven van Jellema en zijn toenmalige partner Hans Stolp. Deze werden in de zomer van 1976 vanuit Griekenland verstuurd aan het bevriende echtpaar Marjo en Theo van Woerkom. In deze uitgave van de Avalon Pers werden alleen de zeven door C.O. Jellema geschreven brieven opgenomen, voorzien van een persoonlijk nawoord van Theo van Woerkom.
De titel Wat bleef van de ontroering geeft het beschouwelijke en vaak melancholieke van de brieven treffend aan. Net zo treffend is het frontispice, een houtgravure van Peter Lazarov. Het trompe-l’oeil met foto’s, briefjes en veren, achteloos in een frame gestoken appelleert aan de herinnering van een vriendschap. Binderij Phoenix bond tien exemplaren voorbeeldig in halfperkament. De tekst, gezet uit de Bembo, is jammer genoeg nogal schraal gedrukt. Dit doet wel wat afbreuk aan dit verder fraaie boek.

M’riek 2003–2007

In een oplage van drie (!) stuks bundelde Marieke Brommersma haar verzameld grafisch werk: projecten uit haar studietijd aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten te Den Haag en uit haar eerste jaren als freelance grafisch ontwerper. Haar verbeelding is niet enkel picturaal, maar evenzeer ‘typo-grafisch’. Herhaaldelijk duiken letters op als vormen (‘Downtown’: hoogbouw met letters) of als verbeelding van een onderwerp (de magistrale poster voor het North Sea Jazz Festival 2004). Keurig gedrukt met een laserprinter en op kleur gerangschikt, is dit een inspirerend rustpunt op weg naar een letter-rijke toekomst.

Mooi Marginaal